Lawaai maken/Wild geraas/De boel op stelten zetten/Kloppen en Bonzen


Een belangrijk kenmerk dat je vaak even tot je door moet laten dringen is het lawaai, ook wel WILD GERAAS genoemd dat je in vrijwel alle midwinterfeesten tegenkomt. Er wordt met bellen en/of kettingen gerammeld en op deuren en ramen gebonsd. Zwarte Piet droeg vroeger ook vaak een ketting. (op onderstaande foto over de rechter schouder)

Er wordt in oude bronnen ook vaak gesproken over Sint Nicolaas of een andere figuur op stelten/ ook wel: op krukken (de duivel op krukken). Dit kennen we uit het spreekwoord “De boel op stelten zetten.”  Het maken van lawaai komt ook terug in de Sint Nicolaas viering. In de Scandinavische Landen vinden we het terug in het woord Yule (Joel) voor de midwinterfeesten, waar het Nederlandse woord joelen van is afgeleid dat ook lawaai maken betekent! Denk in het Sinterklaasfeest aan het Wild Geraas, de kettingen die de begeleiders van Sint Nicolaas met zich meedragen waarmee herrie gemaakt wordt en het bonzen op ramen en deuren. In de meeste landen waar Sint Nicolaas gevierd wordt gebruiken de begeleiders de kettingen tot op de dag van vandaag. De ketting, of te wel ketenen, worden ook in het boek uit 1840 beschreven als zijnde een attribuut van de duivel.  We zien dit gegeven terug in diverse schilderijen, o.a. in het bekende schilderij van Jan Steen. De oude vrouw op de achtergrond  wenkt naar iemand die zich schuil houdt om tevoorschijn te komen. Mogelijk iemand die voor Sinter Klaas speelt en rammelt met de ketting oid. Onzichtbaar, want dat mocht niet, maar wel degelijk aanwezig. Mogelijk dat hij even later wel tevoorschijn kwam, hetzij als Sinter Klaas hetzij als zichzelf, geheel verontwaardigd dat de Sint net langs kwam nu hij er zelf niet was. Zeker nu de kinderen afgeleid zijn met cadeautjes. (Dit gebeurt nu nog wanneer vader of moeder naar de wc gaat en er (hoe bijzonder) op het raam gebonkt wordt en er een zak met cadeautjes voor de deur blijkt te staan, net nu moeder er niet was.) We zien dit ook bij BrakenburgOok tegenwoordig zet Zwarte Piet de boel nog regelmatig op stelten! Zo hoort het ook!

Ook in andere Europese landen vinden we het gebruik met deze term nog terug in bijvoorbeeld het Joelblok. Een groot stuk hout dat werd verbrand.

Zo’n blok vinden we nu nog vaak in de IJstaarten zoals die wel met kerst worden geserveerd. Dit vindt hier zijn oorsprong:

Dit kenmerk komt in de volgende bronnen en onderwerpen voor:

Teksten:
  1. 1316/1657 – Het volksgebruik was echter te diep ingeworteld; en in weêrwil van het verbod heeft later de viering van den St. Nicolaas-avond weder plaats gehad.
  2. 1637 – Nu op Krucken dan op Stelten, ‘t Is te deerlijck, maar Sint Felten Dans’op kromme voeten recht.
  3. 1644 – Oranje Roock: onder de vlaemsche Biekorf, verdryvende de gantsche swerm der Roomsche Honigslickers,
  4. 1659 – Dat de Jonghe-luy hem loven met geraes. […] W’ hebben immer een veel goeder Sinte Claes:
  5. 1663 – Hy sit, en maeckt Sinte-Claes-garden;
  6. 1678 – Een St. Nikolaas Avond – “Ze hebben in Sint Niklaas kraamen Me wat Klaas-goet opgedaan” Die men moe was in sijn Spanjen…
  7. 1682 – ja zét Iou licht op een’ beuzemstok, én doet je voor sint félten De schoorsteen uit ryen; ziet toe; de drommel ryt’er op stélten
  8. 1709 – Sinterklaaszang, aan Fillis
  9. 1718 – Duivels die op krukken sprongen
  10. 1720 – Schoon Sinte Klaas, nog voor de Kind’ren niet en ryd, Zoo is hy dog by myn gekoomen voor zyn tyd,
  11. 1720 (eerder per abuis 1717) – Een Amsterdammer kwam gekleed als Harlekien, In schyn van Sinte Klaas, en deelden aan hun meeden
  12. 1732 – Met die kus wens ‘k u de nagtmerrie noyt op ‘t lyf Sal ryden of nikker nog ouwe Sint Felten, Noyt eniger plaats met sal ryden op stelten, Maar dat sint rommelpot u over al bewaart.
  13. 1742 – Zo ik geen waarheid spreek, dan wensch ik by Sint Felten; Dat my de Nikker voer’naar ‘t Vagevuur op stelten!
  14. 1748 – Toen Zwarte Sinterklaas reed met zyn Rott op stelten.
  15. 1752 – Dat Sinter-klaas Den ouden baas…
  16. 1768 – “Vrees niet, en maak niet veel geraas, Ik ben ‘t; ik toon u Nicolaas.”
  17. 1780 (1796) – Monsterdier – eene koe-huid omgeslagen, zoo dat de hoornen vlak boven het gezicht kwamen, […] en de staart kronkelde achter aan.
  18. 1783 – Dien Sinterklaas op stelten/ Sint Felten
  19. 1790 – Dien Sinterklaas op stelten/ Sint Felten
  20. 1792 – mijn bakhuis had ik zwart gemaakt, en ik rammelde zoo verschrikkelijk met de ketting, […] dat ik Sinter Klaas was, die nu reed
  21. 1802 – Zij laggen om Zint Nicolaas Die met een ketting loopt, En maakt een drommels groot geraas 
  22. 1809 – Die ketting tel ik niet, al maakt ze wat geraas, Al zien de kinderen my aan voor Sinterklaas;
  23. 1821 – De Bullebak – Kleinen Andries
  24. 1823 – “Met een’ zwaren stap ging hij nu langzaam in de kamer, bleef voor de kinderen staan met ene lage baard, grooten neus en eene gard in de hand.
  25. 1827 – en nu zagen wij, zoo wij meenden, duidelijk St. Nicolaas met een zwart gezigt, met eene ruige muts op, en eene zweep en roede in de hand, de deur uitsluipen.
  26. 1828 – Wij denken om geen’ zwarten man, Maar wel om het loon der deugd.”
  27. 1829 – En van een’ Zwarten man, Die in den avond dan Den schoorsteen uit kwam rijden. Hij heette Sinterklaas,…
  28. 1835/1840 – Nimmer, nimmer zal ik meer voor Sinter Klaas spelen (zwart momaangezicht)
  29. 1836 – Den zwarten knecht van St. Nikolaas met kettingen
  30. 1836 – Voor jongen en voor ouden. Komt, vieren we ook met zoet geraas Het vrolijk feest van Sint-Niklaas
  31. 1840-1849 (184?) – Jaagt elkanderen geenen schrik aan. (momaangezicht St. Nicolaas)
  32. 1843 (1894) – Boems! d’r valt ‘n roei, en strompelt Pieter brommend uut de kas.
  33. 1844 – of liever sporen daarvan hebben nagelaten, bewijzen de St. Nicolaas-mannen, St. N. varkens, en ander bakwerk; maar ook het geraas maken
  34. 1845 – Zie de maan schijnt door de bomen, makkers staakt uw wild geraas! (lied en muziek)
  35. 1848 – En dan dat gerammel van ketens en dat geklets op klompen en dat vervaarlijk gebrom en gebrul….. foei!
  36. 1849 – “Ik heb ’t nog niet vergeten, dat hij mij, verleden jaar, in zijn zak wou stoppen en meênemen naar Spanje.”
  37. 1849 (1852) – De deur slaat open en Sint-Nikolaas treedt in, Al grommend in den baard, die afstroomt van zijn kin; Een masker voor ’t gelaat – afschuwelijk van kleuren…
  38. 1850 – Buiten het vertrek horen wij een zwaren stap en eene grove stem. […] Het is een nagemaakte Sint-Nicolaas, een schrikbeeld…
  39. 1850 (voor 1850) – Geen zwarte kop Met huiden om het lijf geslagen En hoornen op. Geen ketens ramm’len langs de keijen
  40. 1853 – Een reizende hansworst te paard of op klompen, een vervaarlijk spook met rammelende kettingen in den schoorsteen om de kleine kinderen bang te maken… (ook Popanz)
  41. 1854 – “, en op Sint Nicolaasavond geen bisschop gezien of hy had een zwart gezicht, rammelde vervaarlijk met ketenen en vroeg met een holle stem: zijn hier ook stoute kinderen!”
  42. 1860 – Kom, doe dat leelijk mom eens af
  43. 1860 – Menig surprise wordt weêr verwacht
  44. 1860 – Misschien komt hij weer met vuurige oogen, met ketenen rammelend, in een beestenhuid… “dat praat ge hun… in nog geen eeuwen uit het hoofd.”
  45. 1860 (1861) – Amsterdammers, als goede Sint Niklaasmannen, […], in den nacht tusschen den 5den en 6den December, de schoenen en korfjes hunner kinderen met vergulde koek gevuld
  46. 1869 – …hadden we kunnen vermoeden dat de angstverwekkende knecht met zijn bokkenfacie en zijn afzigtelijke horens de zoon van vaders oppasser was
  47. 1870 – wij kopieëren zoo goed wij kunnen de verschrikkelijke Sint Nicolaassen, […] en wij oefenen ons, om eens zeer leelijk voor den dag te komen, met ketens en een zwart gezigt […] men moet de krulkopjes dan nog een beetje geestig weten schrik aan te jagen.”
  48. 1871 – …ten slotte was de heilige bisschop ook geen moriaan…
  49. 1872 – Mijn Sinterklaas was een man te voet met een grove pij en een bonte muts. Achter zich aan sleepte hij een ketting, die over de steenen in onzen gang kletterde […] Ze hadden hem over de daken hooren rijden. Het hinneken van zijn paard had hen uit den slaap gehouden. Zijn zwarte knecht had kist bij kist door den schoorsteen leeggestort.”
  50. 1873 – Wij hebben weinige dagen geleden, op nieuw St. Nicolaas gevierd
  51. 1878 – Sinterklaas […] de ketting aan zijn been verried hem reeds huizenver.
  52. 1880 – Lange tijd werd in West-Friesland door de kinderen op de avond van vijf december ‘stoeltje gezet’.
  53. 1880 – Sint Nicolaas-avond – Zwarte knecht/masker
  54. 1892 – Hantje Plus is in de friesche Woudstreken een kinderschrik.
  55. 1893 – Het is Sinterklaas. Iedereen is bezig geweest, om de cadeaus, zoo aardig mogelijk in te pakken.
  56. 1893 – Sinterklaas is bij ons geweest […], of eigenlijk zijn knecht.
  57. 1897 – Het St. Nicolaasfeest op Texel
  58. 1898 – Vader staat op en gaat de kamer uit.
  59. 1905 – wanneer men nog te Grouw Sint Pieter met z’n zwarte gezicht, z’n rammelende ketting aan ‘t been zomaar in de gang van de huizen komt, wanneer zwarte Piet z’n rondreis met Sinterklaas doet,…
  60. 1936 – Je wordt dan zwartgemaakt en aangekleed als een echte Pieterbaas……
  61. 1938 – “Dat weet ik, ” antwoordde Piet. “‘t Spijt Sint Nicolaas dat hij niet zelf mee kan komen, maar hij voelt zich niet zo erg prettig. Daarom heeft de Sint mij gestuurd om den kinderen wat te geven.”
  62. 1941 – Zo, zo, klonk het door de schoorsteen. een ogenblik dan zal ik het den Sint vragen. [..] Omtoveren kunnen we jullie niet sprak Zwarte Piet […] maar omruilen wel.
  63. 1948 – Piet sprong achter zijn meester op de schimmel en tilde de zak tussen hen beiden in. [en] de ketting van Zwarte Piet
  64. 1960 – Honderd Hollumer Sinterklazen deinden loeiend door het dorp
  65. 1968 – Sinterklaas, Pieterbaas maakt u echt daar op het dak al dat geraas?
  66. 1970 – Ons knechtje werd boos, hij bromde “boe hoe”, En riep: deze bengel krijgt zeker de roe! (Het knechtje van Sint Nicolaas)
  67. 1984 – Zwarte Piet, verhaaltjes en tekeningen van kinderen
  68. Jaren 50/60 – Er werd zowaar aan de deur geklopt, eerst zachtjes en toen harder.
  69. 1944 – Rammelt de Zwarte Piet Daar zijn ketting niet?
  70. 1898 – de knecht van onzen Sint met de ketenen in den schoorsteen hoorden rammelen – surprisen eenigzins anders
  71. 1938 – En de Sinterklazen joegen door de straten […] “We meenen ‘t goed”, riepen ze door de schoorsteen.
  72. 1899 – …en we vonden den schoorsteen toch geen geschikte plaats meer om binnen te “bolderen” …
  73. 1877 – Hoe de goede bisschop op zijn gevleugeld paard gezeten en van zijn zwarten knecht vergezeld… halve takkenbossen bij wijze van gard in de hand.
  74. 1931- Vermoedelijk zijn deze zwarte duiveltjes, Zwarte Piet inbegrepen, restanten van het geloof in de booze geesten…
  75. 1649 – De Nikker, en Sunt-Felten   Die ryen hier op Stelten:
  76. 1929 – Met Pieterbaas, den woesten, zwarten knecht
  77. 1888 – Hij exposeerde een levenden Sint Nikolaas en een levenden zwarten knecht, de laatste met ketting en al, en liet dezen knecht dan bij wijze van reclame een paar maal daags met luidruchtig ketengerammel het huis uit en de straat op vliegen.
  78. 1932 – wanneer op St.-Nicolaas-avond de zwarte knecht met een ketting aan het been over den zolder gaat […] dan is dat het oogenblik, waarop men de kinderziel waarneemt op haar mooist en op haar best en instinctief voelt ieder oudere dat aan.
  79. 1953 – (Geen moor) …maar Zwarte Piet noemden onze ouders, […], de duivel
  80. 1792 – Elter, Geschwister und Gesinde bestreven sich um die Wetten den Kleinen, durch Mummereien Poldern und alle Alfanzereien unsers Knechts Ruprecht mit Furcht und Schrecken zu fullen, ehe sie ihnen den Himmel d.i. die Bescherungsstube aufthun.
  81. 1791 – … met bedreigingen van den zoognaamden bullebak, of den zwarten man, die hen zal medenemen of opeten, indien zij niet zoet zijn en daadlijk gehoorzamen?
  82. 1949 – Op “Vader Aartje” gaan
  83. 1949 – De Belzebok
  84. 1930 – dat de heilige man zich niet ontzag z’n knecht bij te staan bij het versjouwen der kist.
Tekstbron:
  1. 1783 – “Minne-zangen en jeugdige gedichten”
  2. 1821 – Voorvallen en merkwaardigheden uit het leven van den kleinen Andries
  3. 1850 – Sint Nikolaas en zijn knecht (complete versie)
  4. 1850 – Sint Nikolaas en zijn knecht (incomplete versie dbnl)
  5. 1871 – De Volksvermaken
Begeleiders:
  1. Perchten
  2. Strohbuttnmandl
Foto's:
  1. 1829 – De Nederlandsche kindervriend : in gedichtjes voor de welopgevoede jeugd
  2. 2011 – Nuuttipukki (Fins voor een figuur dat lijkt op Krampus)
  3. 2014 – Krampus Travisio Italië
  4. 2016 – Saint Nicolas invite Christkindel et Hans Trapp
Films:
  1. 1933 – Krampusumzug 1933 – Habergeiss
  2. 1934 – St. Nicholas Day In Austria Aka “Little Christmas” In Austria – Long Version
  3. 1970 tot ongeveer 1995 – Sinterklaasliedjes – Wildgeraas, Holle of Zware Stem, Bang maken van kinderen, hard geklopt zacht geklopt!
  4. 1975 – Kyllburg Eifel – Der heilige Nikolaus
  5. 2010 – Krampuslauf Graz
  6. 2012 – Kyllburg – Der heilige Sankt Nikolaus
  7. 2013 – Nikolaus und Krampus mit Tobias
  8. 2013 – Nikolausandacht Pfarrkirche Haiming
  9. 2014 – Krampus und Nikolaus Hausbesuch
  10. 2016 – Het geheim van de Zwarte Sinterklazen (Scheer -Wild Geraas)
Illustraties:
  1. 1750 – De Sinterklaaskermis
  2. 1840-1849 (184?) – Jaagt elkanderen geenen schrik aan
  3. 1900 – De Zwarte Sinterklaas van de Veluwe
  4. 1944 – Oude en nieuwe Sinterklaasversjes
  5. Jaren 60 – Bange kind door het ‘wildgeraas’
  6. Nuuttipukki (Finse Krampus/Kerstman duorol)
  7. Voor 1920 – ‘Wildgeraas’ met een bel
  8. Vóór 1920 – ‘Wildgeraas’ met een bel2
  9. Jaren 60 – ‘Wildgeraas’ Kloppen en bonzen op ramen en deuren.5
  10. Jaren 60 – ‘Wildgeraas’ Kloppen en bonzen op ramen en deuren2
  11. Jaren 60 – ‘Wildgeraas’ Kloppen en bonzen op ramen en deuren3
  12. Jaren 60 – ‘Wildgeraas’ Kloppen en bonzen op ramen en deuren4
  13. Jaren 80 – ‘Wildgeraas’ Kloppen en bonzen op ramen en deuren
  14. Vóór 1970 – ‘Wildgeraas’ kloppen en bonzen
  15. Jaren 60 – ‘Wildgeraas’ Kloppen en bonzen op ramen en deuren
  16. Jaren 70 – ‘Wildgeraas’ Kloppen en bonzen
  17. 1934 – Lawaai maken / Bange kinderen (De Gruyter’s ‘Reclame – Brochure)
  18. Hanske Knap
  19. 1960 / 1965 – Sinterklaaspapier (Lawaai maken)
Postkaarten:
  1. Nederlandse tekst, waarschijnlijk buitenlandse postkaart
  2. Jaren 50/60 – Postkaart ‘Vive St. Nicolas’
  3. 1960 – Postkaart (België – Nederland)
Schilderijen:
  1. 1665 – Het Sint Nicolaas Feest (2)- Katholieke Versie
  2. 1685 – Richard Brakenburgh / ‘Het Sint Nicolaasfeest’