1887, Nederland
Van: Catharina Alberdingk Thijm
Uit: De Hollandsche Lelie, nr. 23, 7 december 1887, p. 189-191, W. Cremer
Bron: Bibliotheek Universiteit van Amsterdam
‘Het volk liet zich zoo gemakkelijk de genoegens niet afhandig maken,
die met […] St. Nikolaasvermaken gepaard gingen. De natuur is sterker dan de leer!’
‘Het witte paard, waarop Sint-Nicolaas rijdt…
…zal wel een muilezel zijn, en de zwarte knecht die den naam van Pieter-me-knecht draagt, zal wel een schepsel van de volksverbeelding wezen, uit de behoefte aan kontrasten geboren.’
Alberdingk Thijm doet in dit schrijven een aantal suggesties over het paard en over de knecht. Feit is dat Sinterklaas juist in de Franstalige gebieden een ezeltje met zich mee heeft en dat hij ook daar een zwarte begeleider heeft. De herkomst van de duivelsfiguren was ook in 1887 algemeen bekend.
